Ode aan de longvis

Aan longvissen verwante waterbewoners worden beschouwd als de voorlopers van de huidige amfibieën. Het waren kwastvinnige beenvissen welke met hun stevige en sterke borstvinnen van droogvallende poelen naar nog waterbevattende plassen konden kruipen. Amfibieën zijn in principe landbewoners doch voor hun voortplanting nog geheel afhankelijk van het water. Van de longvissen hebben zes soorten tot op de huidige dag overleefd.
De Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse soorten wisten de droge perioden te overbruggen door over te schakelen op een primitieve longademhaling. Hun kieuwen zijn al zover vervangen door longen dat ze ook in het meest zuurstofrijke water niet kunnen overleven zonder nu en dan naar het oppervlak te moeten om lucht te happen. Zij begraven zich zelf in tijden van droogte in de modder van hun poel of rivierbodem, omgeven zich met een cocon van opgedroogd huidslijm en ademen buitenlucht door de daarin openblijvende verbinding naar de mondopening. Vullen de plassen en rivieren zich weer met water, dan komen de dieren weer tot leven. De Australische longvis is de meest primitieve, heeft maar een long en is niet in staat een echt lange periode van droogte te overleven.

Ode aan de degenkrab

De degenkrab, het traditionele ‘levende fossiel’ bij uitstek, is krab noch kreeft maar meer verwant met spinnen. De bekendste soort komt voor aan de oostkust van Noord- en Midden-Amerika, enkele andere soorten degenkrabben leven in het Verre-Oosten.
Degenkrabben bevolken al ruim 350 miljoen jaar onveranderd de wereldzeeën en stammen af van de uitgestorven groep van zeeschorpioenen. De fossiele voorouders van de degenkrabben (trilobieten) behoren tot de meest algemene fossiele vondsten.
Bloed van degenkrabben wordt in laboratoria veelvuldig gebruikt omdat het reageert met giftige en ziekmakende afscheidingsproducten van bacteriën (endotoxinen). Een van de redenen waarom het ruime toepassing vindt in het onderzoek naar resistentie van antibiotica en om te controleren of geneesmiddelen en chirurgische implantaten bacterievrij zijn.
Gerekend wordt daarbij op het eenvoudige maar uiterst effectieve immuunapparaat dat een binnengedrongen bacterie in het degenkrablijf meteen dodelijk verpakt in een soort gel.

Tien gouden tips bij het schrijven van sollicitatiebrieven

Sollicitatiebrief speciaal schrijven voor de instelling / bedrijf; dus geen kopieën
Beslist geen onwaarheden over arbeidsverleden, ervaringen, belangstelling e.d.
Het zelfde geldt voor opleidingen, cursussen, vaardigheden en diploma’s.
Brief als brief; dus niet als e-mail (handgeschreven hoeft niet)
Brief altijd ondertekenen en adres, telefoonnummer en mailadres vermelden
Brief moet absoluut foutloos zijn, van een nette / correcte layout en leesbaar
Brief moet kort zijn, liefst een A4-tje; CV en andere zaken als bijlagen
Brief moet zo mogelijk zijn gericht aan een functionaris met naam
Brief moet voorzien zijn van juiste titulatuur, voorletters e.d.
Brief moet passie uitstralen, origineel zijn en ‘er uit springen’